Home Blog Pagina 81

Archief West-Friesland digitaliseert bouwdossiers

0

Op vrijdag 16 juli is bij het Westfries Archief het startsein gegeven voor een meerjarig regionaal digitaliseringsproject. 660 meter archiefdozen, ruim 168.000 bouwdossiers uit Westfriesland, bestaande uit ruim 1,5 miljoen documenten uit de periode 1902-2010, worden digitaal beschikbaar.

Binnen de muren van het Westfries Archief staan honderden meters papieren bouwdossiers. Dagelijks worden bouwdossiers aangevraagd en vooral de bouwtekeningen zijn daarbij zeer gewild. Wie een bouwtekening of dossier wil inzien, kan via www.westfriesarchief.nl een afspraak maken voor inzage op de studiezaal. Jongere bouwdossiers bewaren de gemeenten nog zelf bewaard en zijn daar opvraagbaar.

Binnenkort kan dat dus allemaal digitaal!

Door de bouwdossiers nu allemaal te digitaliseren zijn de bouwtekeningen tot het jaar 2010 straks direct via onze website in te zien. Aanvullende documenten uit het dossier, zoals de aanvraag en de vergunning, kunnen digitaal worden aangevraagd.

Het Westfries Archief heeft voor de digitalisering van de documenten een overeenkomst gesloten met de ervaren en gespecialiseerde onderneming GMS. GMS is een echt familiebedrijf. Sinds de oprichting in 1982 is het bedrijf in de loop der jaren doorgegroeid tot een expert op het gebied van scannen van grote volumes op zeer hoge kwaliteit.

De digitale exemplaren van de bouwdossiers zullen wij bewaren binnen de intelligente opslagvoorziening van onze regio: het Westfries eDepot. Op deze manier zorgen wij ervoor dat de dossiers in de nabije én verre toekomst veilig digitaal opgeborgen en in te zien zijn.

bron: Westfries Archief

Sneller zoeken en meer vinden op de website van het RAR

0

De website van het Regionaal Archief Rivierenland is vernieuwd.

We hebben de afgelopen weken gewerkt aan een ‘opfrisbeurt’ van de website. Hierbij hebben we gekeken naar andere archiefsites en ons verplaatst in wat onze verschillende groepen bezoekers verwachten van de website.
De belangrijkste wijzigingen:

֍ De structuur is aangepast / vereenvoudigd. De nieuwe website is verdeeld in 3 ingangen: Onderzoeken, Beleven en Meedoen.

֍Het zoeken is aangepast. Je zoekt nu in principe in alles. Vervolgens krijg je een resultatenpagina met de resultaten per soort archief (beeld, film, personen etc)

Op de homepage is meteen duidelijk wat ons werkgebied is (met een interactief kaartje)

֍De versie van de website voor mobiele apparaten is verbeterd. Onze oude website was slecht te gebruiken op een telefoon of tablet.

֍ We hebben nog eens kritisch naar de toegankelijkheidseisen gekeken en de website – waar dat nodig was – verder hieraan aangepast.

We hopen dat met deze verbeteringen het zoeken op onze website weer een stapje aangenamer, sneller en logischer is geworden. Heb je tips of vragen? Aarzel niet om te mailen!

Zie Regionaal Archief Rivierenland

Projecten Engelandvaarders en Arbeidsinzet van start

Engelandvaarders

Tijdens de Tweede Wereldoorlog proberen ongeveer 2000 Nederlanders Engeland te bereiken om van daaruit de strijd tegen de bezetter aan te gaan. De Politie Buitendienst en diens voorganger de Centrale Inlichtingendienst verhoren de Engelandvaarders, bij hun aankomst in Engeland. Met de verhoren worden de Engelandvaarders beoordeeld op hun betrouwbaarheid. Verder leggen de ondervragers de motivatie om naar Engeland te gaan, de route die Engelandvaarders hadden gevolgd en hun contacten in een verhoorrapport vast. Veel van de verhoorrapporten zijn in het Nationaal Archief bewaard gebleven, verspreid over verschillende archieven. We gaan de verhoren van Engelandvaarders opsporen om ze daarna te digitaliseren en doorzoekbaar te maken. We richten ons daarbij vooral op de persoonsgegevens van de Engelandvaarders, hun contacten en de routes die zij namen.

Met het project Engelandvaarders houden we de belevenissen en ervaringen van Engelandvaarders voor de toekomst levend. Voor sommige Engelandvaarders was een verhoor het laatste wat ze hebben achtergelaten, niet iedereen overleefde de Tweede Wereldoorlog. De gedigitaliseerde gegevens over Engelandvaarders helpen nabestaanden in hun zoektocht naar informatie over overleden familieleden die Engelandvaarder waren. Met de gedigitaliseerde gegevens wordt onderzoek naar Engelandvaarders door nabestaanden veel beter mogelijk. De data en verhoren worden AVG-proof op de websites van het Nationaal Archief, het Museum Engelandvaarders (partner en mede-initiatiefnemer van dit project) en het Netwerk Oorlogsbronnen (NOB) gezet. De eerste gegevens zullen hopelijk in de loop van 2023 beschikbaar komen.

arbeidsinzet

Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn ongeveer 500.000 Nederlanders gedwongen in Duitsland tewerkgesteld. Het Nationaal Archief bewaart de collectie Arbeidsinzet van het Oorlogsarchief van het Nederlandse Rode Kruis. In deze moeilijk toegankelijke en kwetsbare collectie zitten de namen en gegevens over de tewerkstelling van 250.000 dwangarbeiders. We willen dit belangrijke archief over de arbeidsinzet nader toegankelijk maken door een groot gedeelte van dit 47 meter strekkende archief te digitaliseren en doorzoekbaar te maken. Bij het project Arbeidsinzet, dat we in samenwerking met het NOB uitvoeren, vragen we de hulp van vrijwilligers. De data komen uiteindelijk via de websites van het Nationaal Archief en het NOB beschikbaar voor een breed publiek hopelijk in 2023. Na de zomer starten we met de werving van vrijwilligers.

zie: Nationaal Archief

Nieuwe Joodse bron on-line beschikbaar

In het kader van onze rubriek Joodse genealogie berichten we dat volgens de Jerusalem Post de Joods- Oezbeekse historische joodse archieven open gaan voor het publiek.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Oezbekistan een toevluchtsoord voor vluchtelingen die op de vlucht waren uit Rusland, Wit-Rusland, Oekraïne, enz. Joodse vluchtelingen vestigden daar een bloeiend cultureel leven, inclusief Jiddisch theater. Oezbekistan is een van de moslimrepublieken en grenst in het zuiden aan Afghanistan en het noorden aan de Sovjet-Unie.

Onlangs bereikte Israël het nieuws dat Oezbekistan de archiefsamenwerking met Israël promoot. Oezbekistan doet nu officieel onderzoek naar en documenteert de geschiedenis van zijn Joodse gemeenschap, die bestaat in de Centraal-Aziatische natie sinds de regio werd verpletterd door de hoeven van de paarden van Genghis Khan. Dit omvat ook honderdduizenden Joden die erin slaagden te ontsnappen aan de kettingen van Duitse pantsertanks.

Toen de nazi’s de Sovjet-Unie binnenvielen, opende Oezbekistan genereus zijn deuren voor joden en vele anderen die op de vlucht waren voor de Duitsers. Nu verwelkomt de republiek het publiek om de officiële Oezbeekse archieven binnen te stappen en de geschiedenis van de Joodse gemeenschap met eigen ogen te bekijken. Het Centraal Staatsarchief van de Republiek Oezbekistan heeft de opdracht gekregen om informatie over het leven van joden tijdens de Tweede Wereldoorlog en daarvoor beschikbaar te stellen aan het publiek. Het archief is momenteel ook bezig met het ondertekenen van een overeenkomst met het Centraal Archief voor de Geschiedenis van het Joodse Volk in Jeruzalem, en kort daarna ook met Yad Vashem.

Het archief van de Oezbeekse Republiek, “Uzarchive”, omvat drie nationale archieven, waaronder 101 districtsarchieven en 123 persoonlijke archieven. Het rijksarchief telt zo’n negen miljoen opslagruimtes, waarvan 550.000 waardevolle informatie bevatten. Voorlopig functioneert de website nog als een binnenlandse entiteit. Maar met hulp van het Holocaust Museum in Washington zijn 150.000 gegevens over vluchtelingen – waarvan de meeste verwezen naar Joden die tijdens de oorlog naar Oezbekistan werden geëvacueerd – naar de site geüpload. In dit archief kunnen gebruikers de geboortedatum en burgerlijke staat van personen controleren.

Op 9 mei vierde de Oezbeekse ambassade in Tel Aviv de Dag van de Overwinning, een feestdag ter herdenking van de capitulatie van nazi-Duitsland in 1945. Ondertussen werd vorig jaar een complex onthuld in Victory Park, Tasjkent, met steun van de Oezbeekse president Shavkat Mirziyoyev, om “de praktische belichaming van onze bewondering voor de prestatie van het volk in die wrede oorlog” te herdenken.

Vrijwel elk gezin in Oezbekistan werd getroffen door de Tweede Wereldoorlog, aangezien het land toen nog deel uitmaakte van de Sovjet-Unie. Meer dan 580.000 Oezbeekse onderdanen verloren het leven, waaronder tienduizenden Joden. Ongeveer 100.000 fabrieken in door de Wehrmacht veroverde gebieden werden verplaatst naar Oezbekistan. Deze fabrieken produceerden wapens en munitie, die vervolgens naar het front werden verscheept. Het belangrijkste was dat Oezbekistan een toevluchtsoord werd voor vluchtelingen die Rusland ontvluchtten. Het was de beroemde Oezbeekse traditie van gastvrijheid die 1,5 miljoen mensen redde, waaronder meer dan 200.000 Joden, waaronder Max Wexelman.

Bron: de Jerusalem Post

Records van het voormalige concentratiekamp voor Roma in Lety

Tsjechisch lokaal archief publiceert online gedigitaliseerde records van het voormalige concentratiekamp voor Roma in Lety.

Nieuwsserver Denik.cz meldt dat het Regionaal Rijksarchief (SOA) in Třeboň, Tsjechië, zijn archiefcollectie van gedigitaliseerde documenten over het concentratiekamp uit de Tweede Wereldoorlog, het Zigeunerlager (in het Tsjechisch, Cikánský tábor) in Lety, op zijn website heeft gepubliceerd; de digitale collectie is gemaakt in samenwerking met het Instituut van het Terezín-initiatief in Praag als onderdeel van een project genaamd de “Database van slachtoffers van de nationaal-socialistische vervolging van ‘zigeuners’.

“Het Instituut heeft deze collectie gedigitaliseerd en experts uit ons archief hebben het vervolgens aangepast aan onze omstandigheden.  De archiefdocumenten bieden basisinformatie over de oprichting en het bestaan ​​​​van alle kampen die op het grondgebied van de gemeente Lety verschenen, vooral tussen 1940 en 1943, evenals tot 1945, toen de Tweede Wereldoorlog eindigde en die verschillende doelen en verschillende niveaus van betekenis hadden. Er zijn daarbij bijvoorbeeld lijsten van de gendarmes die in het kamp moesten dienen en er is vooral documentatie over degenen die daar gevangen zaten.

De persoonlijke dossiers van elke gevangene worden bewaard, evenals de documentatie over elke werkgroep in het kamp. Er zijn medische gegevens, vooral over het begin en het verloop van de tyfusepidemie. De collectie bevat ook documentatie van de bouw van het kamp en zijn uitrusting, evenals van zijn begraafplaats. De bestanden bevatten alfabetisch geordende lijsten van gevangenen tijdens alle fasen van de ontwikkeling van het kamp.”

“Er zijn daarbij aparte lijsten met mannen en vrouwen. Een deel van de collectie omvat schetsen van het kamp zelf, kleine plattegronden van de begraafplaats, de plattegrond van het administratieve gebouw van het kamp, ​​de plattegrond voor het personeelsgebouw en foto’s van de gevangenen. De foto’s documenteren echter niet officieel het leven in het kamp – ze zijn gemaakt voor persoonlijke doeleinden van de fotografen in een tijd dat het kamp nog geen volledig repressieve faciliteit was.  De collectie bevat 137 items, waaronder 19 boeken, negen registratiedocumenten, acht boekhoudboeken, 31 dozen met dossiers en twee kaartenregisters.

zie Roma records concentratiekamp Lety

Archief Tilburg: digitaal onderzoek dorpsbestuur

0

Er zijn drie archieven toegevoegd aan het arsenaal gedigitaliseerde archieven te Tilburg.
Het betreft:
Archief 692 Dorpsbestuur van Berkel, Enschot en Heukelom, 1579 – 1813
Archief 700 Dorpsbestuur van Hilvarenbeek, 1392 – 1810 (1817, 1820)
Archief 845 Dorpsbestuur van Oisterwijk, (1230) 1390 – 1814.

De archieven van de dorpsbesturen bevatten interessante informatie over het wel en wee van de dorpsgemeenschap. Het betreft bv de rekeningen met inkomsten en uitgaven met bijbehorende belastingregisters in veel verschillende vormen. Deze registers kunnen een mooie aanvulling zijn op je familiegeschiedenis. Het zegt iets over bezit, over de plek waar ze woonden in het dorp en over de betekenis die ze hadden binnen de dorpsgemeenschap. Waren ze schepen, of borgemeester, of zetter of vervulden ze een andere tijdelijke functie.

De borgbrieven of akten van indemniteit kunnen je vertellen of je voorouders zijn verhuisd vanuit een ander dorp of naar een andere woonplaats.

Verder kun je er gegevens vinden over militaire activiteiten, zijn er soldaten ingekwartierd, hoeveel en wat kreeg je als inwoner als vergoeding. In de resoluties van het dorpsbestuur vindt je informatie over besmettelijke ziekten van mens en dier, eventuele natuurrampen, branden e.d.

zie: regionaal archief Tilburg

Drieluik over bewoners van de Ooijpolder

0

Ooij is een dorp gelegen in het hart van de Gelderse Poort, in de Ooijpolder bij Nijmegen, in de gemeente Berg en Dal De omgeving van Ooij staat bekend om zijn natuur.
Vanaf vandaag bevat de bibliotheek van Nijmegen een bijzonder werk: drie digitale bestanden over de inwoners van de Ooijpolder in de jaren 1749, 1850 en Het grootste deel ervan is online te zien.

Een cadeautje zette haar aan tot het omvangrijke project dat ze nu, acht jaar later, kan afsluiten. In het boek dat ze kreeg vond oud-docente en schrijfster Cea van Dillen-Janssen informatie over één van haar voorouders. Ze dook de archieven in, zocht haar eigen familiegeschiedenis uit en ontdekte daarbij dat haar familie diepe banden heeft met verschillende plekken in de Ooijpolder.
Ze nam meteen maar al die andere bewoners van de Ooijpolder en hun woningen mee in haar onderzoek. Met enige moeite lukte het haar om er begin dit jaar een eind aan te breien. Het resultaat: een overzicht van alle families die Ooij, Erlecom en Persingen
– per adres – bewoonden in 1749, 1850 en 1940.

Per jaar/periode heeft ze een beschrijving gemaakt van de bewoners per adres. Haar werk is verder voorzien van tabellen uit belangrijke bronnen, zoals doop-, trouw- en begraafboeken. Kortom: een schat aan informatie voor iedereen die onderzoek doet naar familiegeschiedenis in de Ooijpolder.

Drieluik over bewoners van de Ooijpolder – Regionaal Archief Nijmegen

Hoe schrijven we over onze familie?

0

Academiscche proefschift Tanny Dobbelaar 2020 RUG Family History: Relatives, Roots and Databases

Wat betekenen familieleden voor je als je ze niet of nauwelijks heb gekend? Tanny bestudeerde voor haar proefschrift “Familiegeschiedenis: verwanten, wortels en databases”, meer dan 120 recente familiegeschiedenissen die hoofdzakelijk geschreven zijn voor familieleden van de desbetreffende familiehistoricus. Dobbelaar concludeert onder meer dat genealogische software een enorme invloed heeft op de manier waarop familiehistorici hun familiegeschiedenis beschrijven. Daarnaast stelt ze dat familie niet een vanzelfsprekend natuurlijk fenomeen is, maar het resultaat van invloedrijke associaties tussen biologische en genealogische opvattingen van familie.

Familiegeschiedenis kun je overal terugvinden. Geschreven familiegeschiedenissen zijn dus maar één mogelijke uiting van familiegeschiedenis. Dobbelaar onderzocht een verzameling hedendaagse familiegeschiedenissen die meer dan drie generaties
bestrijken en richtte zich daarbij op de vormgeving van de concepten van ‘ik’, ‘mijn verwanten’ en ‘familie’.
Ze analyseert in haar proefschrift de manier waarop familiehistorici nadenken over hun verhouding tot hun familie en hun familiegeschiedenis. Aan bod komen daarbij tijdlijnen, digitale invloeden, concepten van familie en de repertoires die familiehistorici gebruiken in hun teksten over hun familiegeschiedenis. De verweving van klassieke concepten en software-termen en de relatie tussen individuen en hun gedigitaliseerde geschiedenissen worden bestudeerd met concepten in het beschrijven van het verleden van hun naasten.

Dit is een geweldig proefschrift over genealogie dat de grondslagen van de genealogie analyseert. De pit van dit proefschrift is dat zij in het archief bij het CBG meer dan 120 hedendaagse genealogieën met familiegegevens opdook en deze heeft geanalyseerd op hoe de families worden beschreven. Het is helaas geschreven in het Engels. Hoewel ik hier en daar wel wat vragen heb beveel ik voor de gevorderde genealoog dit proefschrift zeer aan. Met name de beschrijving “achtergronden van onze genealogische instituties” vond ik persoonlijk lezenswaard. Ik heb dit proefschrift gedownload via de Universiteit.

CBG scant persoonskaarten

Het CBG|Centrum voor familiegeschiedenis beschikt over een unieke collectie van zo’n zes miljoen kartonnen persoonskaarten, samen het Nationaal Register Overledenen. Deze worden in de loop van het jaar allemaal gedigitaliseerd.

Een persoonskaart is de beste genealogische bron voor onderzoek naar recente persoonsgegevens. Het document biedt inzicht in iemands levensloop en zelfs kans op familiehereniging. Het CBG|Centrum voor familiegeschiedenis digitaliseert de papieren collectie Persoonskaarten (1939 – 1994) in samenwerking met Multiscan.  Het Ministerie van Binnenlandse Zaken maakt digitalisering mede mogelijk. De komende maanden bevatten de voorbereidende werkzaamheden, het scannen en later dit jaar het indexeren van zo’n zes miljoen persoonskaarten.

Het digitaliseringsproject omvat de persoonskaarten tot oktober 1994. Toen is de hele bevolkingsadministratie namelijk gedigitaliseerd. De oorspronkelijke persoonskaarten van personen die toen nog niet waren overleden, zijn achtergebleven bij de gemeente waar zij toen woonden. Bij het CBG kan je een uittreksel van deze kaarten uit het digitale systeem ‘Nationaal Register Overledenen’ aanvragen, op dezelfde manier als kopieën van persoonskaarten. Deze uittreksels noemen we persoonslijsten. Het is mogelijk een ‘abonnement’ op een of meerdere familienamen te nemen. Je ontvangt dan jaarlijks automatisch uittreksels van de persoonslijsten die voor die familienamen beschikbaar zijn gekomen. De verzending van de abonnementen van dit jaar wordt momenteel voorbereid.

Nieuw online: foto’s Provinciale Planologische Dienst Zeeland

0

Het fotoarchief van de Provinciale Planologische Dienst Zeeland is nu online te raadplegen. Bijna 700 foto’s uit de periode 1958-1995 geven een beeld van het brede werkterrein van de dienst.
De foto’s belichten de economische ontwikkeling door ontsluiting van Zeeland, de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog, de Deltawerken na de ramp van 1953, de industrialisatie en de komst van grootschalige recreatie en toerisme.

De PPD werd opgericht in de Tweede Wereldoorlog en vloeide voort uit de instelling van de Rijksdienst voor het Nationale Plan. Alle provincies dienden een planologische dienst formeren, aldus een decreet van juli 1942. In Zeeland begon de PPD op 1 december 1943 in het pand Nieuwstraat 27 te Middelburg. De werkzaamheden gingen pas echt van start na de bevrijding in 1944.
De taakomschrijving luidde: “De voorbereiding van streekplannen, het uitbrengen van adviezen over uitbreidingsplannen en andere planologische aangelegenheden, alsmede het verzamelen, rangschikken, bestuderen en verwerken van gegevens, welke voor het planologisch werk in de provincie van belang kunnen zijn en het brengen van eenheid in het verwerken van deze gegevens”.

Afgezien van de naamswijziging van uitbreidingsplan in gemeentelijke ruimtelijke plannen of bestemmingsplannen, bleef de taakomschrijving tijdens het hele bestaan van de PPD actueel. De plannen behoefden goedkeuring van Gedeputeerde Staten. De PPD ging het college adviseren. Ook andere instanties deden dat en om het overleg te stroomlijnen werd de Provinciale Commissie ter beoordeling van de gemeentelijke uitbreidingsplannen opgericht.
De PPD werd 1 oktober 1991 opgeheven om op te gaan in de provinciale dienst voor de ontwikkeling van Zeeland, genaamd Directie II: Economie, Ruimtelijke Ordening en Welzijn.

Behalve het fotoarchief beheert het Zeeuws Archief het archief van de Provinciale Planologische Dienst Zeeland. De archiefinventaris is online te raadplegen. zie Het Zeeuws Archief