Home Blog Pagina 64

DIGITALE ARCHIEVEN IN DUITSLAND (NRW)

0

In Duitsland is men ook hard aan de weg aan het timmeren om de archieven te digitaliseren.

Via de link  https://www.archive.nrw.de/archivsuche kan men online zoeken.
Als je kiest voor Nur met Digitalisat dan kan men zoeken in de gegevens die al online staan.
Vul je bij Schlagwortsuche een zoekzin in dan komt je bij de gewenste gegevens uit. Geef je bijvoorbeeld PA 1102 in, dan kom je bij de Kirchenbücher Landgerichtsbezirk Aachen terecht. Deze site levert een toegang op naar de gedigitaliseerde parochiegegevens.

Het RAR (Tiel) bestaat in 2021 60 jaar

0

In die tijd zijn we uitgegroeid tot een innovatieve organisatie met meer dan 15 km archief, 40 TB digitale gegevens en 30 medewerkers. De voorloper van het Regionaal Archief Rivierenland is het Streekarchivariaat Tiel Buren, Culemborg. Deze dienst komt in november 1961 als gemeenschappelijke regeling tot stand. De eerste streekarchivaris wordt in 1963 benoemd: Jan den Hoed. Zijn standplaats is het voormalige gemeentehuis van Wadenoijen aan de Burgemeester Meslaan in Tiel. De oude burgemeesterskamer is zijn werkplek en het raadshuis het bezoekerscentrum. Maar aangezien Den Hoed naast zijn taak als archivaris ook wethouder is, komen deze werkzaamheden vaak in de verdrukking.

In november 1977 wordt Wim Veerman de nieuwe streekarchivaris.. In zijn tijd werken er naast hem ongeveer 6 andere mensen bij het archivariaat. De  archivaris Wim Veerman oefent zijn functie 33 jaar uit en in die tijd verandert er veel. In 1987 verhuist de archiefdienst van Drumpt naar het nieuwe pand van de bibliotheek aan de St. Agnietenstraat in het centrum van Tiel. In datzelfde jaar ontstaat ook de Stichting Vrienden van het Stadsarchief Tiel.

De grootste verandering is het ‘insluiten’ van het streekarchivariaat KLEM (Kesteren, Lienden, Echteld, Maurik). Met deze uitbreiding verandert ook de naam van de dienst in Regionaal Archief Rivierenland (RAR). In 2006 sluit het RAR een langjarige dienstverleningsovereenkomst af met het Waterschap Rivierenland en worden de bijzondere waterschapsarchieven bij het RAR ondergebracht. Die zijn allemaal te doorzoeken in de online waterschapsstamboom.

Als Veerman in 2009 met pensioen gaat, volgt Ella Kok-Majewska hem op. Zij werkt al vanaf 2000 bij het RAR. In datzelfde jaar sluiten ook Geldermalsen en Neerijnen zich bij het RAR aan. Voorheen zaten zij bij het naburige Streekarchivariaat West-Betuwe. De derde gemeente, Lingewaal, gaat dan over naar de archiefdienst in Gorinchem, maar komt in 2019 alsnog naar het RAR. In dat jaar worden Geldermalsen, Neerijnen en Lingewaal namelijk samengevoegd tot de gemeente West Betuwe.

Breda: Ambachtsbrieven gedigitaliseerd en online beschikbaar

0

Een nieuwe bron is online beschikbaar gekomen: onze gildearchieven zijn gedigitaliseerd en nu te raadplegen via de website!  
Het gaat om meer dan 6000 scans gekoppeld aan een dertigtal gildearchieven. Sommige van deze archieven gaan terug tot de vijftiende eeuw.  
Een gilde? Wat is dat eigenlijk? In de digitale expositie krijg je antwoord op die vraag en kom je meer te weten over de Bredase gilden.  Gilde- of ambachtsbrieven

Vanaf de middeleeuwen tot de negentiende eeuw telde Breda vele gilden. Het Stadsarchief is trots daarvan nog archieven te bewaren die soms teruggaan tot de vijftiende eeuw. Onlangs hebben we  deze archieven gedigitaliseerd; alle scans zijn beschikbaar via onze website.

Een deel van deze gildearchieven vormen de schuttersgilden (het Sint Joris, Sint Sebastiaan- en Sint Antoniusgilde) maar het grootste deel is het archief van de ambachtsgilden. Dit waren beroepsverenigingen van ambachtslieden zoals bakkers, slagers en metselaars maar ook marskramers en marktschippers hadden een gilde.

In de loop van de tijd werden de regels die binnen deze gilden waren opgesteld, ook door het stadsbestuur bekrachtigd in de zogenaamde gilde- of ambachtsbrief. In deze webexpositie tonen we graag een aantal van deze oude ambachtsbrieven en enkele andere interessante documenten uit de gildearchieven.

Met de zoekpagina voor archiefstukken zoekt u in de beschrijvingen van de toegangen op de archieven, collecties en verzamelingen. Veel toegangen zijn ingevoerd in het archiefsysteem en presenteren meteen het gevonden resultaat. Het kan echter ook zijn dat u alleen een pdf-bestand van de gehele papieren toegang krijgt gepresenteerd. Deze toegang is dan nog niet ingevoerd in het archiefsysteem. Als u deze pdf opent, kunt u daarbinnen op trefwoord verder zoeken.

Op het Data platform van de Gemeente Breda vind u openbare en open data van Stadsarchief Breda. Typ gilde* in als zoekterm op deze zoekpagina https://archieven.stadsarchief.breda.nl/ en je krijgt een overzicht van alle gildearchieven. Kies bijvoorbeeld ‘Het gilde van de Brandewijnstokers Breda’ en klik daarna op ‘hele toegang’.

Typ gilde* (met dat sterretje) in als zoekterm op deze zoekpagina en je krijgt een overzicht van alle gildearchieven. Kies bijvoorbeeld ‘Het gilde van de Brandewijnstokers Breda’ en klik daarna op ‘hele toegang’. Als je een inventarisnummer aanklikt, zie je de bijbehorende scans.

Zie: https://stadsarchief.breda.nl/actueel/nieuws

Arnhem, Hanzestad

0

In 1380 verzocht het stadsbestuur van Arnhem de Hanze om erkenning als Hanzestad. Pas in 1437 accepteerde de Hanze deze status per brief. Tijdens een vergadering van de Hanze in 1441 in Lübeck spraken de aanwezigen, in het bijzijn van het Arnhemmer raadslid Goswin van deme Gruthus, deze erkenning nogmaals uit. Daarmee maakte Arnhem officieel onderdeel uit van een netwerk van Hanzesteden dat zich tot in de zeventiende eeuw uitstrekte van het Baltisch gebied tot de Zuiderzee. Dat bood politieke voordelen, maar ook economische: kooplieden uit Hanzesteden hadden op veel plekken in Europa gunstige privileges.

In het archief van het middeleeuwse stadsbestuur van Arnhem vinden we onder het kopje ‘De stad als lid van de Duitsche Hanze’ echter slechts drie inventarisnummers, met documenten uit 1448-1449, 1529 en 1585. Hield de stad zich dan de rest van de tijd niet bezig met de Hanze? Wie wat dieper graaft ziet dat dát niet het geval is. Zo weten we bijvoorbeeld uit vergaderverslagen uit andere steden dat een raadslid uit Arnhem ook aanwezig was tijdens vergaderingen in Lübeck in 1447, 1450 en 1469.

Niet alleen bronnen uit andere archieven kunnen onze kennis over Arnhem als Hanzestad aanvullen, ook het Arnhemse archief zelf heeft nog een waardevolle bron van informatie: de rekeningen van de stad. Daarin hield het stadsbestuur alle inkomsten en uitgaven bij. Oók de kosten voor reizen, gemaakt om brieven te versturen en de stad te vertegenwoordigen tijdens vergaderingen met andere stadsbesturen.

Het project ‘Communicatie tussen Hanzesteden brengt die reizen voor meerdere steden uit Gelre, Overijssel en Kleef in kaart tussen ca. 1450 en 1650. Arnhem is één van die steden. Hierdoor wordt duidelijk welke steden met elkaar verbonden waren, en hoe informatie over de Hanze zich door het netwerk van Hanzesteden verspreidde. Daardoor komt ook in beeld wat de rol van Arnhem daarin was. Voor dit project zijn transcripties van reizen uit meerdere jaren nodig. Dat is teveel werk voor één persoon en daarom werkt een team van vrijwilligers samen om transcripties te maken van delen uit stadsrekeningen. Om de rekeningen van Arnhem mee te kunnen nemen in het onderzoek zijn nog extra handen nodig. Voor meer informatie en aanmeldingen is Maartje bereikbaar via hanze@let.ru.nl. Op www.hanzesteden.org verschijnt regelmatig een update over het project.

60 jaar persfoto’s online bij het Noord-Hollands Archief

0

Het Noord-Hollands Archief heeft een schat in huis: de collectie Fotopersbureau De Boer met beeldmateriaal van 1945-2005 uit Noord-Holland. De grote wens van het archief om de in totaal twee miljoen persfoto’s voor iedereen beschikbaar te maken is voor Kerstmis 2021 uitgekomen. Via een speciale beeldbank zijn alle beelden vanaf 18 december 2021 voor iedereen doorzoekbaar en gratis te downloaden.

Om twee miljoen beelden doorzoekbaar te maken zijn veel techniek en vele handen nodig. Allereerst heeft het Noord-Hollands Archief (NHA) alle twee miljoen persfoto’s gedigitaliseerd. Maar aan alleen plaatjes heb je nog niets, je wilt ze ook kunnen doorzoeken. Dus heeft het NHA hulp ingeroepen van het publiek via het landelijke vrijwilligersplatform velehanden.nl. Daar hebben circa 650 vrijwilligers in 11 maanden tijd alle twee miljoen persfoto’s voorzien van een beschrijving. Hierdoor is het nu mogelijk om bijvoorbeeld foto’s van je straat, je favoriete voetbalclub of BN’er op je scherm te krijgen.

In het komende jaar werkt het NHA er met behulp van kunstmatige intelligentie (AI) aan om de zoekfunctie nog nauwkeuriger te maken en tevens een connectie tussen krantenarchieven en persfoto’s te maken. Ook hierbij wordt het NHA natuurlijk weer ondersteund door vrijwilligers.

De speciale beeldbank is vanaf zaterdag 18 december 2021 beschikbaar via www.noord-hollandsarchief.nl/beeldbankdeboer.

Meer weten over het project? Kijk op www.noord-hollandsarchief.nl/fotografischgeheugen

Digitalisering archieven Zeeuwse families van (inter)nationaal belang, 1462-1983

0

Het Zeeuws Archief heeft een begin gemaakt met de voorbereiding voor het conserveren en digitaliseren van de archieven van negen Zeeuwse families. Maar liefst veertig meter archief, ongeveer 256.000 pagina’s, wordt geconserveerd en gedigitaliseerd. De planning is dat dit project twee en een half jaar in beslag zal nemen en eind 2023 afgerond is. De combinatie van de negen familiearchieven is bewust gekozen. De gekozen families behoorden eeuwenlang tot de bestuurlijke en maatschappelijke elite. Iedere familie heeft op zijn manier een belangrijke rol gespeeld in de geschiedenis op lokaal, nationaal en internationaal niveau. De families waren bestuurlijk betrokken bij de grote handelscompagnieën zoals de Vereenigde Oostindische Compagnie (VOC), de West-Indische Compagnie (WIC) of de Middelburgsche Commercie Compagnie (MCC). Ook waren de families lid van de verschillende stadsbesturen, bekleedden functies binnen de provinciale en nationale politiek en hadden ze hun eigen handelsactiviteiten. De archieven betreffen stukken die voort zijn gekomen uit het werkzame, openbare leven van de leden van de diverse families, maar ook uit het kleinschalige en besloten privéleven.

In bijna alle familiearchieven bevinden zich ook stambomen en genealogische aantekeningen. Want zoals een goede adellijke familie betaamt, werd uitvoerig uitgeplozen waar de herkomst lag. In de archieven treffen we dan ook veel illustraties van familiewapens aan, vaak met prachtige afbeeldingen en kleuren. Zeeland bekleedde door de eeuwen heen een belangrijke rol op nationaal en internationaal niveau. Het was na Holland het belangrijkste gewest. Dat komt terug in de rijke archieven van de vooraanstaande Zeeuwse families. Kort wordt hier weergegeven om welke families het gaat en welke periode het betreffende archief beslaat.

Familie de Huybert, 1512 – 1732
Voor het grootste deel is het archief afkomstig van Pieter de Huybert, secretaris en later raadspensionaris van Zeeland. Tevens had hij zitting in de Raad van State. Het archief is interessant wegens de verschillende buitenlandse missies die Pieter de Huybert op last van de Staten van Zeeland heeft ondernomen. Zo bevat het archief documenten over diplomatieke reizen naar Zweden, Polen en Denemarken.

Familie Schorer, 1547 – 1983
De familie Schorere is een regentenfamilie die vooral in Zeeland een belangrijke rol heeft gespeeld. Het archief geeft een prachtig beeld van de bestuurlijke verhoudingen binnen Zeeland.

Familie Mathias Pous – Tak van Poortvliet, (1386) 1492 – 1944
Verschillende leden van de familie Pous – Tak van Poortvliet hebben een belangrijke rol gespeeld binnen zowel de VOC als de WIC.

Familie van Doorn, (1582) 1595 – 1929
Abraham van Doorn, geboren in 1760, was de vierde generatie die leefde en werkte in Essequebo.  De contacten met West-Indië maken dan ook een belangrijk onderdeel uit van het archief.

Families Spoors en Sprenger, (1634) 1695 – 1945
De firma Spoors en Sprenger was een familiebedrijf dat handelde in slaafgemaakten. Vanuit Middelburg dreef het familiebedrijf in de 18e eeuw handel op West-Indië

A.A. Brown, Veere, 1734, 1752 – 1784
Adriaan Anthony Brown, geboren en getogen in Veere, verbleef acht jaar als officier van justitie in de Nederlandse kolonie Essequebo en Demerarij, het tegenwoordige Brits Guyana. Het archief bestaat voornamelijk uit stukken die Brown heeft opgemaakt en ontvangen in zijn koloniale tijd en geeft een beeld van een belezen, avontuurlijk, zorgvuldig en enigszins verbitterd man. Hij was eigenaar van de plantage ‘de Philantropica’.

Familie Mauritz, 1748 – 1791
In de 18e eeuw bekleedden Bernard en Johannes Mauritz verschillende bestuursfuncties in Vlissingen. In die hoedanigheid maakten ze talloze afschriften van de notulen van de raad. Vanwege het feit dat het stadsarchief van Vlissingen in 1809 verloren is gegaan, is het archief van de familie Mauritz van groot belang.

Familie Clijver, 1750 – 1804
Evenals in het archief Mauritz bevinden zich bij het archief Clijver stukken die betrekking hebben op het bestuur van Vlissingen in de 18e eeuw. Heel bijzonder zijn de stukken betreffende de admiraliteit van Zeeland.

Militieregisters Haaren gered van verder verval

0

Na de herindeling van de gemeente Haaren kreeg het Tilburgse archief de militieregisters van Haaren in beheer. In totaal gaat het om 106 banden, die allemaal door de handen zijn gegaan van onze projectleider conservering en restauratie Marcel van de Wouw. De eerste conditiecheck leek heel goed, maar bij nadere inspectie bleek er meer aan de hand dan aan de buitenkant was te zien.

Bij een groot aantal banden was de schade ‘naar binnen gevouwen’. Banden die er aan de buitenkant prima uitzagen, bleken aan de binnenkant bij het openvouwen deels vervilt te zijn. De conclusie van Marcel: 44 banden waren te zeer beschadigd om nog ter inzage te geven (categorie 1), 28 waren in iets minder slechte staat (categorie 2) en 34 banden waren in redelijke staat (categorie 3). Deze laatste groep banden had geen vervilting, maar er waren wel schimmelsporen in te vinden.

Door vocht kan schimmel ontstaan in papier. Schimmel zorgt voor afbraak van de papiervezels, waardoor vervilting ontstaat. De vezels van het papier verzwakken dan. Het vervilte papier kan compleet uit elkaar vallen als je het vastpakt.

Schimmelsporen zijn overal latent aanwezig. We werken in het archief in schone ruimtes, maar niet in een steriele omgeving. Een schimmel heeft drie dingen nodig om zich te ontwikkelen: een voedingsbodem (de drager, de cellulosevezels van het papier), vocht en temperatuur. Die drie samen zorgen voor de ontwikkeling van schimmel. In het archief houden we de condities constant en ze worden dagelijks gemonitord om schimmelvorming te voorkomen.

Na constatering van de vervilting zijn de militieregisters voor behandeling naar Hoogduin  Papierrestauratoren in Delft gebracht. Zij hebben ontbrekende delen van het papier aangevezeld, en zo de schade gestabiliseerd. Elke band is opnieuw zuurvrij verpakt.  Het materiaal is onlangs retour gekomen. Het staat op de nominatie om gedigitaliseerd te worden in 2022, waarna de originelen voorgoed veilig opgeborgen worden in de archiefbewaarplaats. De registers zijn gered van verder verlies. De verkleuring kan niet weggenomen worden, maar de vervilte randen zijn aangevezeld. Verder verlies van tekst wordt daarmee voorkomen.

Regionaal Archief Tilburg

Inventarisatieproject archief Militair Gezag Limburg

0

In januari van dit jaar kondigden we aan dat de subsidieaanvraag van het HCL bij het Mondriaan Fonds voor (her)inventarisatie van het Archief Militair Gezag Limburg (1944-1947) was goedgekeurd. Eén archivaris is nu bezig met dit project. De eerste maanden hebben duidelijk gemaakt dat het een zeer arbeidsintensieve en complexe klus is. Het archief van het Militair Gezag (MG) bestaat uit 220 archiefdozen met grotendeels losse stukken. Na opheffing van het MG in 1947 zijn de archivalia, die verspreid waren over verschillende ‘secties en bureaus’, door de centrale administratie min of meer op onderwerp/beleidsterrein bij elkaar gevoegd. In de praktijk betekent dat vaak dat beleidsstukken, stukken betreffende de uitvoering én individuele zaken in één pak samen zijn ondergebracht. Het herordenen en splitsen van deze stukken is een tijdrovende klus, maar wel noodzakelijk om het archief toegankelijk te maken.

Een complicerende factor hierbij vormt het feit dat het HCL de enige Nederlandse archiefinstelling is die het archief van ‘hun’ provinciaal MG volledig gaat laten scannen en online beschikbaar gaat stellen. In verband met wetgeving (o.a. de AVG) is extra zorgvuldigheid zeker geboden. Door het afzonderen of tot dossiers terugbrengen van individuele zaken (bijvoorbeeld op het gebied van de ambtenarenzuiveringen en van ‘politieke delinquenten’) kan heel gericht besloten worden welke stukken (nog) niet online beschikbaar worden gesteld.

Op dit moment wordt gewerkt aan het archief dat is gevormd door de Provinciaal Militair Commandant (PMC), die gevestigd was in het Witte Huis aan de Prins Bisschopsingel te Maastricht. Daarna worden de archieven van de districtscommissarissen voor de Mijnstreek en Noord- en Midden Limburg onder handen genomen. Ook die stukken zijn op gelijke wijze ‘geordend’ als die van de PMC.

Tijdens de werkzaamheden aan dit archief blijkt wat een enorme klus het MG moet hebben gehad. Zeker als je bedenkt dat alleen hetgeen dat ooit hierover is opgeschreven nu wordt ontsloten. De Duitsers hadden alles geroofd wat ze nog mee konden slepen. De industrie lag stil door gebrek aan grondstoffen en vernieling van machines. Wegen, bruggen en sluizen waren kapot, rivieren en kanalen geblokkeerd. Communicatiemiddelen werkten niet. Voertuigen waren door de Duitsers gestolen. Landbouwgronden waren vernield of niet bruikbaar door aanleg van mijnenvelden. De voedselvoorziening in het hele gebied was wanhopig. En vrijwel alle andere noodzakelijke goederen waren ook niet te krijgen.

In die context moest het MG aan de slag: distributie van goederen, het herstel van industrieën, het repareren van de beschadigde infrastructuur, de bestraffing van collaborateurs, het rechtsherstel, het dagelijks bestuur van gemeenten en provinciën, repatriëring en ga zo maar verder. Daarbij beschikte het MG aanvankelijk nauwelijks over goed en voldoende personeel om deze megataken aan te pakken. Het is daarom zeker niet verwonderlijk dat de Limburgers, die hun persoonlijke levensomstandigheden niet zagen verbeteren, de schuld zochten bij het gebrekkig functioneren van het MG. ‘Wat was de bevrijding toch mooi toen het nog oorlog was,’ werd gezegd.

Tijdens de eerste maanden van dit project zijn belangrijke zaken boven water gekomen. Wat bijvoorbeeld te denken van de serie ‘politionele rapporten’ van de politieorganisaties in de Limburgse steden en van verschillende marechausseegroepen (voornamelijk platteland). Door de zeer uitgebreide beschrijving van de toestanden in stad en streek vormen zij een belangrijke bron voor bestudering van de Limburgse post-bevrijdingsperiode.

Hoewel dit een zuiver Limburgs project lijkt, zal dit project ongetwijfeld een brede afstraling hebben naar de rest van Nederland en verder ook nog gegevens naar boven brengen over het gedrag van velen tijdens  de bezetting. Prudentie is dus geboden.

Yad Vashem werkt samen met JewishGen aan holocaust genealogie database

0

Yad Vashem voert sinds de jaren 1950 het Pages of Testimony-programma uit en heeft honderdduizenden Joden geholpen opnieuw contact te maken met hun familieleden die omkwamen.

Yad Vashem – universeel bekend als het World Holocaust Remembrance Center – zal een partnerschap aangaan met het “Living Memorial of the Holocaust” -project van het Museum of Jewish Heritage, evenals het Joodse genealogiefiliaal van het museum JewishGen, met de bedoeling gegevens over genealogische records te delen.

“Door deze kostbare records beschikbaar te stellen via JewishGen, kan de bredere Joodse gemeenschap gemakkelijker namen opsporen van familie en vrienden die tijdens de Holocaust zijn vermoord. Deze samenwerking vergemakkelijkt de toegang tot de middelen van ons museum en Yad Vashem, twee van de meest prestigieuze Holocaust-herdenkingsinstellingen ter wereld.”

Yad Vashem is van plan om hun “Pages of Testimony” -gegevens te delen met de JewishGen-website van het museum, die Joden helpt joodse voorouderlijke wortels te ontdekken. Een pagina van getuigenis is een formulier uitgegeven door Yad Vashem dat om informatie vraagt over een Joods slachtoffer van de Holocaust. De database van Yad Vashem bevat momenteel meer dan 2,7 miljoen van deze pagina’s met getuigenissen.

“Onderzoekers zullen nu in staat zijn om pagina’s met getuigenisgegevens op te halen via een directe zoekopdracht binnen JewishGen,” merkt JewishGen Executive Director Avraham Groll op. “Deze gemeenschappelijke toegang tot gegevens van beide instellingen zal onderzoekers direct ten goede komen.”

“Zonder deze nieuwe overeenkomst waren veel Joodse genealogen zich anders misschien niet bewust geweest van deze vitale bron,” concludeerde Groll.

Yad Vashem leidt het Pages of Testimony-programma sinds de jaren 1950 en heeft honderdduizenden Joden geholpen zich opnieuw te verbinden met hun familieleden – en Joodse wortels – die door de nazi’s werden gesloopt. De pagina’s bevatten meer dan de helft van de 4,8 miljoen records die Yad Vashem in hun database heeft.

“Yad Vashem’s Centrale Database van namen van Shoah slachtoffers brengt de miljoenen gezichtsloze slachtoffers aan het licht en geeft hen hun identiteit terug, zodat de wereld zich hen kan herinneren. Dit maakt deel uit van de missie van Yad Vashem om alle vormen van documentatie van de Holocaust te verzamelen, inclusief de verzameling namen van onze broeders die tijdens de Shoah zijn vermoord. We zijn het aan hen verplicht om te weten dat ze leefden, hoe ze eruit zagen, waar ze van droomden en – op zijn minst – wat hun naam was,

Nieuwe kankertest door 23andMe krijgt goedkeuring van FDA

0

De invloed van kankertests door commerciële bedrijven neemt toe. In een land met een beperkte gezondheidszorg als de VS kan dit voordelen hebben, maar voor Nederlandse gebruikers ben ik er geen voorstander van zonder duidelijke goedkeuring van de Nederlandse Medische autoriteiten. Ik geef hier deze informatie om potentiele gebruikers te waarschuwen en eveneens om te signaleren hoe snel de ontwikkelingen zich hier voordoen.

Genetica-testbedrijf 23andMe heeft goedkeuring gekregen van de Food and Drug Administration voor zijn prostaatkanker-risicotest. Het is de derde goedkeuring van 23andMe voor een kankerrisico-onderzoek – het bedrijf heeft ook tests voor genen die het risico op borst- en dikkedarmkanker voorspellen.

De test screent op een specifieke mutatie op het HOXB13-gen in verband met een verhoogd risico op het ontwikkelen van prostaatkanker. Mannen met de mutatie, de G84E-variant, hebben ongeveer een drievoudig hogere kans op het ontwikkelen van prostaatkanker dan mannen zonder. Ongeveer één op de 70 mensen van Europese afkomst heeft de variant..

Het risicorapport voor prostaatkanker is nog niet beschikbaar voor 23andMe-klanten, aldus het bedrijf. Klanten kunnen kiezen of ze hun resultaten willen zien of niet. Degenen die ervoor kiezen om het te zien, krijgen ook toegang tot een “educatieve module” om hen informatie te geven over hoe ze de resultaten moeten interpreteren.

23andMe ontving zijn eerste FDA-goedkeuring voor een screeningstest voor kankerrisico in 2018, toen het agentschap zijn tests voor drie mutaties op de BRCA1- en BRCA2-genen goedkeurde. De mutaties zijn geassocieerd met een hoger risico op prostaatkanker, eierstokkanker en borstkanker.

“Deze rapporten bieden onze klanten de kennis dat ze mogelijk risico lopen op bepaalde ziekten, waaronder erfelijke kankers, waardoor ze passende preventieve actie kunnen ondernemen samen met hun zorgverlener.