Wij van Zeeland -jrg. 22, nr. 3

0
311

INHOUDSOPGAVE   
Van de wnd. voorzitter  
Van de redactie  
Richtlijnen voor het publiceren in Wij van Zeeland  
Bestuursmededelingen  
Een buitenplaats genaamt Borndal met zijn huizing, schuur, stallingen en verder gevolg en toebehoren van dien, deel 7, door Jan Midavaine  
Zeeuws Archief  
Parenteel van Hadelin Gillissen (vervolg) door Sjaak Hoornick  
Genealogische Tijdschriften  
Frank Hendriksz Osseweijer en Frans Hendriksz Osseweijer en hun huwelijken door Joke van Rumpt  
PR-aktiviteiten  
Boeken  
Lezers schrijven  
Delpher.nl  
Wat staat daer?  
Ledenmutaties

Een buitenplaats genaamt Borndal met zijn huizing, schuur, stallingen en verder  gevolg en toebehoren van dien, deel 7, door Jan Midavaine  7. Willem Marinissen  
Willem Marinissen, die in 1770 Borndal kocht, is in 1745 op een hofstede aan het Molenwegje in Veere geboren als jongste kind van burgemeester Jacob Marinissen (14 september 1694 – 24 maart 1754) en  Catharina Verschuyl (…. – 1761). Hij had twee broers: Anthony Jacob en Johannes, en vier zussen:  Johanna, Suzanna, Cornelia Anthonia en Alida Catharina1.  Over zijn voorgeslacht schreef Frederik Nagtglas in 1893 dat het oorspronkelijk uit Veere afkomstig was  en door koophandel en visrederij tot welvaart was gekomen. Anthony Marinissen (1595-1649),  getrouwd met Sara Bolle (1595-1650), was koopman in zijn geboorteplaats. De fraaie met wapens  versierde zerk in de Grote Kerk in Veere werd pas in 1711 gelegd. Hun zoon Jacob Marinissen (1627-  1678) huwde Helena van Twist (1627-1671). Een van de zonen van dit echtpaar was Anthonie Marinissen  (1651-1715). Hij leerde het ambacht van kuiper, eerst in Veere, toen in Middelburg en daarna in Delft en  Rotterdam. In Veere werd hij landskuiper, belast met de water-ijk, en tevens wijnkoper. Van 1704 tot  1735 was hij eigenaar van de hofstede La Maison de haute Montagne aan de Veerseweg bij Zanddijk2 .  Tijdens zijn leven heeft hij een dagboek bijgehouden dat in de 19e eeuw is gepubliceerd. Zijn zoon  Jacob (1694-1754) werd burgemeester van Veere, equipagemeester van de admiraliteit en griffier van  Walcheren en diens zoon mr. Johannes Marinissen, broer van Willem, was raad van Veere,  gecommitteerde bij de Provinciale Rekenkamer en Bewindhebber van de West-Indische Compagnie3 .  Op 19 februari 1791 is hij begraven.  Willem was nog maar een jongen van acht toen zijn vader op 24 maart 1754 stierf en enkele dagen later  in het familiegraf in de Grote Kerk werd begraven. Dit lag ‘agter de sarke of grafplaets van Keijsers  tusschen de kasse daer de klockstringe hangt’. Op 7 mei verkocht zijn moeder op de hofstede aan het  Molenwegje alle koeien en het landbouwgereedschap5 .  Zijn moeder stierf in 1761. Overeenkomstig haar op 10 juni 1755 bij notaris Willem van den Dorpe uit  Veere gemaakt testament, vond op 17 april 1762 de verdeling van haar goederen onder de zeven  kinderen plaats. Willem kreeg een hofstede met 25 gemet 58 roede wei, boomgaard en tuin, 4 gemet  54 roede zaailand, en 10 gemet 186 roede wei onder Zanddijk. Omdat hij nog minderjarig was, waren  zijn broers Anthony Jacob en Johannes, en de man van zijn zuster Johanna (Jan Willem Ermerins) tot  voogden aangesteld.

Dit is een lang artikel waarvan ik hier uitsluitend de kop weer geef, lezenswaardig, het loopt slecht af:
In 1803 bleek Willem tijdens de afgelopen zes jaar zoveel schuld te hebben gemaakt dat de crediteuren een civiele rechtszaak bij het gerechtshof aanspanden. Zijn boedel werd insolvent verklaard en op zijn huizen, landerijen en andere goederen werd beslag gelegd. Zijn huis op de Kaai moest hij nog dezelfde dag met achterlating van alle spullen verlaten. Een van de factoren die bij zijn faillissement een rol gespeeld zou kunnen hebben is de economische crisis waarin de stad na het verdwijnen van de Schotse stapel in 1798 terecht was gekomen. Er was geen handel meer en veel inwoners hadden de stad verlaten, waardoor die in diep verval was geraakt. Het gerechtshof stelde de koopman George John Gregory tot sekwester aan21. Op 3 augustus 1803 kreeg die van het hof opdracht alle roerende en onroerende goederen van Willem bij opbod te verkopen. In de Middelburgsche Courant van 11 augustus lezen we dat op 13 augustus alle huizen, de hofstede Trouw voor Goud en verschillende percelen wei- en zaailand, in het Schuttershof van de Edele Busse geveild zouden worden.

Parenteel van Hadelin Gillissen (vervolg) door Sjaak Hoornick
Generatie VII VIIa. Pieter Lems, zn. van Pieter Lems en Helena Antheunissen (VIa), geb. te Vlissingen op 5 nov 1836, zeeman, loodsschipper, ovl. (88 jaar oud) te Vlissingen op 15 mrt 1925, tr. (resp. 29 en 22 jaar oud) (1) te Vlissingen op 21 mrt 1866 met Jacomijna Johanna Dommisse, dr. van Jacobus Dommisse en Jacoba Pot, geb. te Vlissingen op 8 mrt 1844, ovl. (42 jaar oud) te 9 Vlissingen op 6 apr 1886. Uit dit huwelijk 6 kinderen:
1. Helena, geb. te Vlissingen op 29 dec 1866, ovl. (67 jaar oud) te Vlissingen op 19 okt 1934, tr. (resp. 21 en 19 jaar oud) te Vlissingen op 21 jun 1888 met Leendert Jacobus Polderman, zn. van Alewijn Polderman en Levina van de Zande, geb. te Vlissingen op 17 jan 1869, commissionair. Uit dit huwelijk geen kinderen.
2. Jacoba, geb. te Vlissingen op 16 jul 1873, relatie met Willem Adriaanse, geb. te Retranchement op 1 feb 1871, schilder. Uit deze relatie geen kinderen.
3. Pieter, geb. te Vlissingen op 22 nov 1874, zeevarende, loods, ovl. (66 jaar oud) te Vlissingen op 6 feb 1941, tr. (resp. 26 en 24 jaar oud) te Vlissingen op 7 jan 1901 met Hendrika Gesina van Breen, dr. van Frans Hendrik van Breen en Francina Swenne, geb. te Vlissingen op 16 mrt 1876, ovl. (67 jaar oud) te Colijnsplaat op 8 jan 1944. Uit dit huwelijk 7 kinderen.
4. Jacobus, geb. te Vlissingen op 19 feb 1877, lichtwachter, ovl. (44 jaar oud) te Vlissingen op 1 jun 1921, tr. (resp. 29 en 28 jaar oud) te Vlissingen op 11 jan 1907 met Josephine Maria Catharina Malgo, dr. van Frederik Johannes Malgo en Elisabeth Sorel, geb. te Koudekerke op 17 jan 1878, ovl. (59 jaar oud) te Vlissingen op 2 sep 1937. Uit dit huwelijk 2 dochters.
5. Johannes, geb. te Vlissingen op 26 mei 1883, tr. (resp. 32 en 20 jaar oud) te Vlissingen op 1 jun 1915 met Maria Jacoba Hakker, dr. van Jacob Hakker en Johanna Maria Elisabeth Korff, geb. te Vlissingen op 25 jun 1894. Uit dit huwelijk geen kinderen.
6. Ebbe, geb. te Vlissingen op 2 apr 1886, ovl. (15 dagen oud) te Vlissingen op 17 apr 1886. Pieter Lems, tr. (resp. 51 en 49 jaar oud) (2) te Vlissingen op 21 jun 1888 met Maria Wilhelmina Noordhoek, dr. van Adriaan Noordhoek en Jacoba Johanna Jansen, geb. te Vlissingen op 24 aug 1838. Uit dit huwelijk geen kinderen

Dit is en lang verhaal van deze familie die tot tak VIIab wordt voortgezet.

Frank Hendriksz Osseweijer en Frans Hendriksz Osseweijer en hun huwelijken door Joke van Rumpt
In mijn pogingen om in diverse families met name de dochters een plek in de genealogie te geven die hen toekomt, kwam ik bij Maetie Frankens Osseweijer en haar familie terecht. Daarbij bleek dat in de volgorde van de vermeende huwelijken van haar vader een vreemde ‘hik’ leek te zitten. Hierover meer verderop in dit artikeltje. Het onderzoek begint bij Maetie Frankens Osseweijer. Maetie werd op 10 augustus 1687 in Dirksland gedoopt met de vermelding van vader Franco Osseweijer en moeder Neeltje Jacobs Kroock. Getuigen waren Jacob Krook en Maria Hendericks. In een aantal genealogieën kwam ik Claartje Arents als eerste echtgenote van Frank Hendriks Osseweijer tegen en als tweede echtgenote Neeltje Jacobs, waarvan werd aangenomen dat zij de familienaam Van Catz zou dragen. Dat lijkt op een misverstand te berusten. Nu bleek dat Franck Hendricksz Osseweijer en Claartje Arents op 25 mei 1687 te Oude-Tonge in het huwelijk traden. Het leek me vreemd dat vader Franck in mei 1687 met Claartje trouwde en in augustus 1687 met Neeltje Jacobs dochter Maetie liet dopen, gevolgd door, eveneens in Dirksland, de dopen van twee zonen: Jakob op 23 augustus 1693 met als getuigen: Jakob Cornelisz Crook en Commertje Cornelisz Crooks en Frans op 5 februari 1696. Bij deze laatste doop waren de getuigen: Jakob Cornelisse Krook en Josijntje Henderiks Osseweijer. Zo rees het vermoeden dat het hier wel eens om twee verschillende gezinnen zou kunnen gaan. Een uitgebreide zoektocht naar de huwelijksinschrijving van Franck Hendrickse Osseweijer met Neeltje Jacobs ging van start. Tot mijn grote verrassing kwam ik in de Ondertrouwinschrijvingen met vermelding van huwelijksdata en afgegeven attestaties in de periode 1682-1688 in Dirksland onderstaande huwelijksinschrijving tegen: 1) ‘Franck Hendrickse Osseweijer, J.M., met Neeltie Jacobs, J.D. beijde woonaghtigh in Dirclant sijn bij ons in wettige ondertrouw opgenomen deze 10 oúgústi 1685. Zijn getrout den 26 Augustus 1685′. Van bovenstaand echtpaar zijn vooral op Goeree-Overflakkee vele nakomelingen. Na deze vondst ben ik gestart met de zoektocht naar de roots van Frans Hendrikse Osseweijer en Claartje Arents. Hun huwelijk werd op 25 mei 1687 in Oude-Tonge gesloten. 2) Oude-Tonge 25-05-1687 Huwelijk: Frans Hendrikse Osseweijer, J.M. van Kas, met Claartje Arents, weduwe van Leendert Cornelisse Goeree, beijde wonende op d’oude Tonghse grond’ Met de vermelding in de huwelijksinschrijving dat Frans Hendrikse Osseweijer afkomstig is van ‘Kas’, zal Kats bedoeld zijn. De zoektocht ging verder richting Zeeuws-Vlaanderen, want wie schetst mijn verbazing dat daar op mijn beeldscherm de doop van Hendrick Osseweijer op 5 april 1715 te Hoek verscheen met de opmerking: “Oud 26 jaren. Dese persoon is gedoopt nadat hij sijn belijdenisse gedaen heeft sijnde van een gereformeerde v3.ader, maer van een menistemoeder”. Zijn ouders zijn: Frans Hendrick Osseweijer en Claertje Arents Verwage. 3) 2526 Deze zoon, Hendrik Fransen Osseweijer J.M. ging op 18 mei 1717 in Sommelsdijk in ondertrouw met Anna Bouwens Goeree J.D. van Sommelsdijk. Uit dit huwelijk werden minstens twee dochters, Klara en Anthona, geboren. Waarvan een aanzienlijk aantal nakomelingen in Zeeuws-Vlaanderen is terug te vinden.