Digitalisering Arolsen Archieven

0
453

Een deel (meer dan 13 miljoen) van de Arolsen archieven kwamen  in mei 2019 online beschikbaar voor het publiek. Geholpen door de pandemie bood crowdsourcing de mogelijkheid deze gegevens nu te digitaliseren. Door de quarantaine maatregelen kregen veel mensen tijd om aan deze klus mee te werken. Vóór de pandemie had men alleen externe bedrijven, kunstmatige intelligentie en eigen personeel om deze taak uit te voeren.

De Arolsenarchieven zijn enorme archieven gevestigd in een complex van zes gebouwen gevuld van vloer tot plafond met 30 miljoen originele documenten met betrekking tot het lot van 17,5 miljoen slachtoffers van de nazi-vervolging. Het gebouwencomplex was decennialang ( tot 2007) verboden terrein voor het publiek en het onderzoek naar informatie bleef al te lang onbeantwoord. Het meest kritische, de meeste van de documenten, werden niet gedigitaliseerd. De duizelingwekkende hoeveelheid materiaal werd verzameld door de geallieerde troepen toen ze Europa bevrijden en omvat concentratiekamp documenten, vervoer en deportatie lijsten, Gestapo arrestatie en gevangenis records, en gedwongen werk en slavenarbeid documentatie. Er zijn ook miljoenen ontheemden ‘ID-kaarten en bestanden, evenals naoorlogse hervestiging en emigratie records.  Ook inbegrepen zijn begraafplaats records voor overleden dwangarbeiders en gevangenen, en getuigenissen van concentratiekamp overlevenden opgenomen door de bevrijdende krachten. Zo’n 2,5 miljoen bestanden bevatten alleen al correspondentie van na de Tweede Wereldoorlog van mensen die vragen hadden over het lot en de verblijfplaats van hun dierbaren.

Een grote groep vrijwilligers helpt nu bij het indexeren van de gedigitaliseerde documenten. Er zijn momenteel zo’n 7.000 geregistreerde vrijwilligers. Er is echt geprofiteerd van de specifieke kennis van deze vrijwilligers. Bijvoorbeeld: sommige hebben de vaardigheid om het oude Duitse handschrift te lezen, of een gedetailleerde vertrouwdheid met de geschiedenis van Dachau. Deze mensen hebben een groot aantal kanttekeningen geplaatst, en ze hebben ook metadata toegevoegd die het opstellen van ‘lifelines’ mogelijk maakten. Deze digitale gegevens bieden dus nu meer, dan alleen maar namen en geboortedata.

Uit de Times of Israel